Kanton Vaud

Het gebied van het huidige kanton de Vaud is sinds het einde van de laatste ijstijd (10 000) bewoond.

De Helvetiërs 

De regio is bekend geworden door de vermelding van de Keltische stam Helvetiërs  door Julius Caesar in De Bello Gallico. Deze stamde bewoonde in de periode 450-58 v. Chr. ook Vaud. In Saint-Sulpice, Vevey en Vidy zijn graftombes gevonden.

Caesar noemde deze stam in verband met hun inval in Gallia. Hij versloeg ze in 58 v. Chr. bij Bibracte, vlakbij Autun. Rond 44 v. Chr. stichtten de Romeinen de stad Nyon (Colonia Julia Equestris). Rond 25 v. Chr. verovert Rome het gebied van de Keltische stammen de Nantuates en de Véragres in de huidige Chablais vaudois (en Valaisan).

Romeinse tijd

Aventicum (Avenches), een Keltische oppidum, wordt de hoofdstad van de Helveten. In 71 n. Chr. wordt Aventicum de Colonia Pia Flavia Constans Emerita Helvetiorum Foederata onder keizer Vespasianus (39-81) in de Provincia Belgica. Vanaf 89 valt dit gebied onder de Provincia Germania Superior.

De Romanisering gaat snel, eerst van de elite in de steden, daarna van de overige bevolking. Dit staat bekend onder Gallo-Romeins, Romeins met Keltische kenmerken.

Vaud is in deze periode een belangrijke handelsroute met de Rhône, het meer van Genève (lac Léman) en de verbinding tussen de Grote St. Bernhardpas en de Jougepas, tussen Italië en Noord-Europa.

Koninkrijk Bourgondië

Rond 400 verlaten de Romeinen het gebied. De Germaanse stam van de Bourgondiërs trekt het gebied binnen. Ze stichtten het eerste Koninkrijk Bourgondië (443-534). Deze Germaanse stam nam echter de Gallo-Romeinse taal, de voorloper van het Frans over.

Franken

Rond 534 bezetten de Franken het gebied, de pagus waldensis, het land van de bossen. De bisschoppen doen ook hun intrede in deze tijd. De bisschop is eerst gevestigd in Avenches, daarna in Lausanne.

Het klooster Romainmôtier dateert uit de vijfde eeuw, het klooster van Baulmes is gesticht in de zevende eeuw (dit klooster is verdwenen). Kloosters en kerken ontstonden onder andere ook in Payerne, Lavaux, Vevey, La Tour-de-Peilz , Saint Prez, Vernand/Cheseaux en St. Saphorin.

Tweede Koninkrijk van Bourgondië

Na het Karolingische Rijk (751-888) valt het gebied onder het Tweede Koninkrijk van Bourgondië (888-1032). Payerne is de stad van de kroningen.

Heilige Roomse Rijk

Vanaf 1032 maakt het gebied deel uit van het Heilige Roomse Rijk. Het gebied wordt in de twaalfde eeuw betwist door de graven van Savoie en Genève, de bisschop van Lausanne en de hertog van Zähringen. De abdijen spelen een belangrijke politieke en militaire rol, met in de hoofdrol Lausanne en Romainmôtier.

Savoie

Vanaf 1207 tot 1536 beheersen de graven en hertogen van Savoie deze regio. De carrés Savoyards en kasteel Chillon stammen uit deze tijd. De Bourgondische oorlogen (1474-1477) zijn de eerste grote strijd tussen Savoie en de Confederatie onder leiding van Bern en Fribourg.

Savoie kiest de kant van de Hertog van Bourgogne Karel de Stoute (1435-1477), die de oorlog en zijn leven verliest. Savoie moet enkele steden (Orbe, Aigle, Ollon, Bex, Ormonts, Echallens, Montagny-sur-Yverdon, Grandson en Morat) afstaan aan Bern en Fribourg. De tweetaligheid en later de katholieke en protestante lappendeken aan kantons (na 1536) vinden hier hun oorsprong.

Bern

De confederatie verovert met veel geweld de hele Vaud in 1536 op Savoie. Leurs Excellences  van Bern regeren dit gebied door voogden. Een direct gevolg is de reformatie in Vaud. Sommige plaatsen blijven echter katholiek en dit wordt getolereerd. De voogd zetelde in Aigle en Payerne.

Het gebied was administratief opgedeeld in zestien Bailliages (Bonmont, Nyon, Aubonne, Morges, Yverdon, Romainmôtier, Lausanne, Orbe-Echallens, Moudon, Oron, Vevey, Aigle, Gessenay, Payerne, Avenches, Grandson).

Franse tijd

Napoleon valt eind 1797  Vaud binnen en op 24 januari 1798 verklaart Vaud zich zelfstandig, la Républiek Lémanique. Het tijdperk van Bern is afgelopen.

Napoleon heeft echter andere plannen en op 28 januari 1798 sticht hij de Helvetische Republiek, een eenheidstaat zonder soevereine kantons.

Kanton Vaud

Op 19 februari 1803 komen door de Mediationsakte de nieuwe Confederatie van negentien kantons, waaronder Vaud, tot stand.

1813-1900

In december 1813 wordt deze Confederatie weer opgeheven na de intocht van de geallieerde Oostenrijkse troepen. In de nieuwe confederatie van 1815, opgericht in het Bondsverdrag (Bundesvertrag, le Pacte fédéral) is Vaud een van de tweeëntwintig kantons.

Vaud volgt daarna in grote lijnen de politieke ontwikkelingen van de Confederatie. De politieke vernieuwingen van 1830-1845 (la Régénération), waaronder algemeen kiesrecht voor mannen ouder dan 23 jaar, verkiezingen van gemeente- (conseil communal, later de municipalité) en kantonaal bestuur (Grand Conseil) en het eerste referendum (Droit d’initiative). In 1885 volgen het Droit d’initiative constitutionelle en législative en het référendum.

Bij het eeuwfeest in 1903 is Vaud een geïndustrialiseerde regio met diverse multinationals (bijvoorbeeld Nestlé in Vevey) en een wijnbouwgebied (Lavaux). In deze tijd telde het kanton ongeveer 300 000 inwoners, in 2021 is dit aantal gestegen tot ongeveer 800 000.

Diverse (mondaine ) steden krijgen internationale bekendheid en inwoners (Montreux, Morges, Nyon, Lausanne, Vevey), de spoorwegen verbinden tussen 1850 en 1890 alle belangrijke plaatsen en het toerisme en daarmee de Grand-Hotels nemen sterk toe.

Een van de oudste golfclubs (opgericht in 1900) van het land is gevestigd in Aigle, maar heeft de naam Golfclub Montreux, omdat de spelers daar hun hotel of woning hadden.

De heraldiek

In de nieuwe confederatie (1803-1813) besliste het nieuwe kanton voor de huidige vlag groen en wit met de woorden «Liberté et Patrie”. Het vaandel van de mijnwerkers in de gemeente Bex was de bron van inspiratie voor de woorden en de kleur wit. Groen was de kleur van de Franse revolutionairen in 1789, zij werden beschouwd als de bevrijders in 1798.

Afgezien van religieuze teksten in bepaalde landen is Vaud de enige soevereine republiek met woorden in haar vaandel.

(Bron: L. Hubler, Histoire du Pays de Vaud, Lausanne 1991).