Maitha Abdalla (1989), The Dancer's Skins & Alluring Silence. Im Auftrag der Kulturstiftung Basel H. Geiger I KBH.G.

Zwitserland heeft niet alleen het grootste aantal musea per inwoner, maar had al in de zeventiende eeuw al een voor de bevolking toegankelijke collectie. Toen heette het overigens nog geen museum, een begrip dat stamt uit de negentiende eeuw.

Behalve meer dan duizend musea, veelal opgezet en (deels) gefinancierd door particulieren, en talloze galeries, bestaat er nog een tussenvorm. Een tentoonstellingsruimte die niet tot doel heeft kunst te verkopen (een galerie) en ook geen museum is, want er is geen vaste collectie en tentoongestelde stukken gaan weer naar de kunstenaars/eigenaars.

Een goed voorbeeld, maar lang niet de enige, is de Kulturstiftung Basel H. Geiger I KBH.G. Twee tot drie keer per jaar organiseert ze gratis toegankelijke tentoonstellingen in het Duits, Engels, Frans of een andere taal. Bovendien is de catalogus ook ‘zum mitnehmen’.  Daarnaast organiseert ze diverse bijeenkomsten in het kader van een tentoonstelling.

De tentoonstellingen zijn gericht op actuele vraagstukken op basis van kunst die de Kulturstiftung veelal zelf voor dit doel in opdracht heeft gegeven. Op de website van de Kulturstiftung is een overzicht te vinden.

Alaa Edris (1986), Al Kursi (de Stoel). In opdracht van de Kulturstiftung Basel H. Geiger I KBH.G.

Ook deze tentoonstelling (Evaporating Suns. Contemporary Myths from the Arabian Gulf) is weer een artistiek, logistiek en sociaal succes. De show is het resultaat van jarenlange voorbereiding en samenwerking van curatoren en kunstenaars uit het Arabisch Schiereiland en Bazel.

De titel is gebaseerd op een tegenstelling: ‘evaporating’ wil zeggen het proces van verdampen van een liquide vloeistof naar gas. Het is een verandering. De ‘Sun’ is een constante en het meest belangrijke element, zelfs de bron van het leven.

De tentoonstelling Evaporating Suns gaat over hedendaagse mythen uit de regio van het Arabische Schiereiland (Saoedie-Arabië, Jemen, Qatar, Verenigde Arabische Emiraten, Oman en Koeweit) die worden gepresenteerd aan de hand van diverse kunstvoorwerpen. De relatie tussen mythes en werkelijkheid staat hierbij centraal.

Mythen weerspiegelen sociale functies en onthullen tijd en plaats. Ze spelen ook een belangrijke rol in het begrip van en voor sociale verandering. Mythen hebben een emotionele kracht in plaats van  objectieve informatie of feiten en spelen een grote rol in de samenleving.

De kunstenaars hebben de folklore en mythen van deze regio onderzocht. Ze openen nieuwe dimensies van de thema’s milieu, gender en machtsstructuren van de samenleving en confronteren het feitelijke met het mythische – als twee zijden van dezelfde medaille.

Het feitelijke wordt hier herkenbaar als de verharding van de mythe, een proces dat het mythische ontdoet van zijn magie en heiligheid: De werkelijkheid wordt zo een frame, het lost op en demystificeert.

Abdullah AlOthman, (1985), Legende des Zahwa. In opdracht van Kulturstiftung Basel H. Geiger I KBH.G.

Deze tentoonstelling presenteert het werk van kunstenaars die hun eigen universums creëren en de geschiedenis van hun samenlevingen herschrijven. Cynisme, satire, fictie en literatuur dienen om de (schijnbare) feiten, de (vermeende) waarheid en de daaruit te trekken consequenties onder ogen te zien.

De keuze voor het Arabische schiereiland vloeit voort uit de eeuwenlange contacten met Europa en toch zijn het werelden van verschil. Ook de snelle ontwikkeling in deze regio speelt een rol. Welke rol spelen feiten en mythen in deze regio en zijn er parallellen met Europa?