St. Gallen, Evangelie, de kruisiging, c. 750. Foto: Wikipedia

De Regio van de Bodensee

Vandaag is het moeilijk voor te stellen dat wat tegenwoordig de Bodensee (meer van Konstanz) heet, in de middeleeuwen een culturele, politieke, economische en religieuze eenheid vormde.

Niet alleen ten tijde van het Romeinse Rijk, toen dit gebied in de Provincie Germania Superior viel, maar ook in de eeuwen daarna.

Vanaf de zesde en zevende eeuw vormde de bisschopsstad Konstanz het middelpunt van een gebied dat zich uitstrekte tot een deel van het huidige Oostenrijk, Zwitserland en Duitsland.

Belangrijke abdijen en kloosters in dit bisdom waren St. Gallen, in de zevende eeuw door Ierse monniken gesticht, en de kloosters op het eiland Reichenau, gesticht in de achtste eeuw door Karolingische adel.

Reichenau en St. Gallen zijn eeuwenlang, vanaf de achtste tot de twaalfde eeuw, toonaangevende centra geweest voor het antieke en christelijke geschreven woord.

De in het westen vergeten Romeinse en Griekse filosofen, dichters, (geschied) schrijvers, politici, wetenschappers, juristen, staatslieden vonden in deze kloosters veelal hun redding, zelfs volgens de kerkelijke doctrine ‘heidense’ werken.

Het prestige van de klassieke oudheid was zeer groot en het waren veelal kopiisten in kerkelijke instellingen, die de antieke geschriften vermenigvuldigden en bewaarden voor het nageslacht.

Daarnaast waren deze abdijen en kloosters beroemd voor hun verluchte bijbelmanuscripten. De scriptoria van Reichenau en St. Gallen behoorden tot de meest productieve en hoogstaande van Latijns Europa. Dit erfgoed is in St. Gallen en Reichenau nog steeds te bezichtigen.