Dama de Elche (l), Elche (Alicante), 4. Jahrhundert v. Chr. Museu d´Arqueologia de Catalunya; Dama de Baza, Baza (Granada), 4. Jahrhundert v. Chr. Sammlung Duran Vall-Lloresa; Dama del Cerro de los Santos (r), Montealegre del Castillo (Albacete), 2. Jahrhundert v. Chr. Museu d´Arqueologia de Catalunya.

De Iberische cultuur in Bazel

Kelten, Etrusken en Germanen staan al geruime tijd in het middelpunt van de publieke en wetenschappelijke belangstelling. Over de Iberiërs is buiten Spanje echter tot nu toe weinig bekend. Ten onrechte, want ook dit volk was tot de Romeinse overheersing in 206 v. Chr. een belangrijke culturele- en economische regionale macht.

Evenals Kelten of Germanen een duiding is voor een veelheid aan stammen, is dit ook het geval bij de Iberiërs. De antieke auteurs noemden onder andere de Cessetani, Ilercavones, Sedetani, Edetani, Ilergetes, Bastetani en Contestani. Het gebied strekte zich uit vanaf de Pyreneeën, het oosten tot het zuiden van Spanje langs de Middellandse Zee.

Afbeelding: Antikenmuseum Basel und Sammlung Ludwig

De Iberiërs waren afkomstig uit Noord-Afrika en zijn na 1 000 v. Chr. de Straat van Gibraltar overgestoken. Zij ontwikkelden een hoogontwikkelde cultuur met relatief veel steden en nederzettingen met stenen huizen, goden, religieuze kunst en rituelen, munten, textiel, schrift, sculptuur, (ivoren) sieraden, akkerbouw, veeteelt, internationale handel en scheepvaart.

Het gebied was rijk aan mineralen, zilver, goud en ijzer. Dit was ook de reden van de belangstelling van andere volken in de mediterrane landen, eerste de Feniciërs, daarna de Grieken, Puniërs en uiteindelijk de Romeinen. Het hoogtepunt van hun cultuur duurde van de zesde tot de eerste eeuw v. Chr.

Afbeelding: Antikenmuseum Basel und Sammlung Ludwig

Een aantal steden en nederzettingen is archeologisch onderzocht en gedocumenteerd, onder andere Ullastret (Ullastret), Puig Castellar (Santa Coloma de Gramanet), Burriac (Cabrera de Mar) en Masies de Sant Miquel (Banyeres del Penédes) in het noorden, Sagunt (Sagunt), Punta del Llops (Olocau) en Castellet de Bernabé (Llíria) in het midden en Baza (Baza), La Picola (Santa Pola) en Puente Tablas (Jaén) in het zuiden. Diverse kleinere en grotere nederzettingen zijn gelokaliseerd, maar nog niet archeologisch onderzocht.

Overzicht tentoonstelling ‘Iberer’, © Ruedi Habegger, Antikenmuseum Basel und Sammlung Ludwig

De steden kenmerken zich door de aanwezigheid van stadsmuren en andere vestingwerken, economische centra voor de opslag van goederen, graan, wijn, olijven en andere levensmiddelen, ambachtsplaatsen, tempels en andere heiligdommen, begraafplaatsen met monumentale Necropolen voor de elite.

Deze verstedelijkte gebieden waren de economische en machtscentra van de lokale vorsten en stammen. Daarnaast waren er ook veel agrarische nederzettingen en gebouwen. Evenals de Germanen en de Kelten was het een hiërarchische cultuur met een vorst en edelen/krijgers aan de top van de piramide.

Sinds de negentiende eeuw zijn talloze archeologische vondsten gedaan, die in diverse (met name Spaanse) musea te zien zijn en in vele  (met name Spaanse) publicaties zijn gedocumenteerd. Niet alleen de Iberische cultuur, maatschappij en kunst fascineren, maar ook de vroege betrekkingen met andere Middellandse Zee regio’s.

Stele von Palermo (Teruel), 2e/1e eeuw v. Chr. Kalksteen. Museu d´Arqueologia de Catalunya

De Feniciërs (grofweg bewoners van het huidige Libanon) vestigden zich al vanaf de negende eeuw v. Chr. in deze regio. Cádiz, La Rebanadilla, Cerro del Villar, Toscanos en Huelva zijn enkele voorbeelden. De Grieken volgden in de eeuwen daarna, onder andere met de stichting van de stad Empúries (Empórion).

Deze vestigingen waren in de eerste plaats handelsplaatsen (factorijen) voor de opslag van en handel over de Middellandse Zee in onder andere ivoor,  textiel en keramiek uit het oosten en grondstoffen, met name ijzer en hout en agrarische producten en levensmiddelen uit Iberië.

De Iberische cultuur nam echter al snel kenmerken van de Griekse en Fenicische cultuur over, zoals de tentoonstelling aan de hand van diverse voorwerpen laat zien. Ivoor, glas, technologische vernieuwingen en onder andere het Fenicische alfabet deden door deze contacten hun intrede bij de Iberische stammen.

Hoewel de Straat van Gibraltar in deze periode werd gezien als het einde van de wereld, was juist deze regio tot de zesde eeuw het middelpunt van de Middellandse Zee handel, tussen oost en west. Dan verschijnt in de zesde eeuw echter een nieuwe grootmacht op het toneel: Carthago en de Punische cultuur.

Carthago is in 814 v. Chr. gesticht door Feniciërs als belangrijke handelspost aan de Middellandse Zee. De stad wordt een machtige stadsstaat en in de zesde eeuw speelt ze een dominante rol in de ook door Feniciërs gestichte steden aan de andere kant van de Straat van Gibraltar.

Als de hoofdstad van de Feniciërs, Tyros, in het huidige Libanon 573 v. Chr. door de Babylonische Koning Nebudkadnessar  wordt veroverd, grijpt Carthago zijn kans. Carthago domineert dan niet alleen de eilanden Corsica en Sardinië, maar ook Iberische gebieden.

Afbeelding: Antikenmuseum Basel und Sammlung Ludwig

De eeuwen daarna komt er echter nog een andere grootmacht bij: Rome. Rome en Carthago betwistten elkaar de macht in de Middellandse Zee en ook in Spanje. Drie Punische oorlogen resulteren hieruit: 237-219, 218-206 (en de veldtocht van Hannibal) en de laatste 149-146 v. Chr.

De Romeinen wonnen uiteindelijk en bezetten vanaf 206 v. Chr. het gebied van de Iberische stammen. De snelle romanisering maakt vervolgens een einde aan de Iberische cultuur. Pas in 19. V. Chr. veroverde keizer Augustus overigens de andere gebieden van Spanje (en Portugal), maar dat is een ander verhaal.

Afbeelding: Antikenmuseum Basel und Sammlung Ludwig

Munten,  schrift en de taal

De Iberische taal  onderscheidde zich van de andere talen op het Iberisch Schiereiland. De andere hoofdtalen waren de Keltisch-Iberische taal, de Lusitanische taal (Portugal), de Turdetanische taal  en de Vascoaquitanische taal (het huidige Baskenland en gebieden in Zuidwest-Frankrijk). De Iberische taal kent drie varianten al naar gelang de regio: het noordoosten, het zuidoosten en de Grieks-Iberische variant bij Alicante. De geschreven Iberische taal verdween al in de 1e eeuw v. Chr. door de Romanisering.

Steles met inscripties, 2e v. Chr. Museu d´Arqueologia de Catalunya

De belangrijkste informatie over het Iberische schrift is afkomstig van ongeveer 2 500 inscripties. Hoewel ze nog steeds niet ontcijferd is, is bevestigd dat het alfabet van de Feniciërs ook hier de basis is. Ook lijken er overeenkomsten met het Baskisch te zijn. Na de Romeinse tijd (5e eeuw n. Chr.) was de Iberische taal ook als gesproken taal geheel verdwenen, een parallel met het Keltisch.

De hoge ontwikkeling van de regio blijkt niet alleen uit de vervaardiging van gebruiks-, kunst- en religieuze voorwerpen, maar ook uit het muntstelsel. De munt speelde een belangrijke rol in het handelsverkeer in de regio van de Middellandse Zee. Uit archeologisch en cultuurhistorisch oogpunt heeft is deze bron van groot belang vanwege de afbeeldingen en inschriften en de goede houdbaarheid.

Conclusie

De tentoonstelling ´Iberer´ in vijf talen (Duits, Frans, Catalaans en Castiliaans) is een ware oogopener met vele objecten, die voor het eerst Spanje verlaten. Voor het eerst? De zilveren schat van Tivissa uit de nederzetting Castellet de Banyoles verbleef ten tijde van de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) in Genève.

Een deel van de schat van Tivissa, 250-195 v. Chr. Museu d´Arqueologia de Catalunya

Deze in noordelijke landen vrijwel vergeten cultuur van de Iberiërs en hun betrekkingen met de oudste beschavingen van het Middellandse Zeegebied is een geslaagd vervolg op voorgaande exposities en past bovendien naadloos in de vaste collectie van het museum.

(Bron en verdere informatie: Antikenmuseum Basel und Sammlung Ludwig; Museu d´Arqueologia de Catalunya).

Statuette einer Adorantin, Bronze, 4. – 2. Jahrhundert v. Chr., aus dem Heiligtum von Cueva de la Lobera, Castellar (Jaén). © Museu d’Arqueologia de Catalunya 

Impressies tentoonstelling ‘Iberer’.

Foto: © Ruedi Habegger, Antikenmuseum Basel und Sammlung Ludwig