De handtas


Foto: Spielzeug Welten Museum Basel

Handtassen zijn niet altijd cultusobjecten voor vrouwen geweest. Vroeger droegen zowel mannen als vrouwen zakken en tassen. In de loop van de modegeschiedenis veranderde de unisex tas echter geleidelijk aan in een handtas die uitsluitend voor vrouwelijk gebruik bestemd was. Pas in 1875 werd een handtas met draagriem geïntroduceerd. Het was in de 20ste eeuw dat handtassen hun grote bloei beleefden. Tassen zoals de zogenaamde Kelly-tas werden absolute cultusobjecten en iconen. Enkele van de grootste en meest invloedrijke tassenontwerpers, waaronder Louis Vuitton, Hermès, Gucci en Prada produceerden oorspronkelijk luxe reisbagage, maar doken al snel in deze lucratieve markt. Het feit dat de handtas bekend werd als symbool van vrouwelijkheid had veel te maken met de enscenering van de mode. Door de geschiedenis heen is één ding hetzelfde gebleven: de handtas is een zeer persoonlijk object. De tentoonstelling met ongeveer 400 voorwerpen geeft inzicht in de geschiedenis van de handtassen vanaf 1550.

Bauhaus en Johannes Itten


Foto: Kunstmuseum Bern

Bij de oprichting van Bauhaus (1919) had Johannes Itten (1888-1967) al een radicale positie als kunstenaar ingenomen in zijn streven naar de volstrekte dematerialisatie van individuele objecten, en hij formuleerde dit idee programmatisch in de beroemde Bauhaus almanak Utopia: Dokumente der Wirklichkeit. Centraal in de tentoonstelling staan zijn nieuw onderzochte dagboeken en schetsboeken. Ze maakten vanaf 1913 integraal deel uit van zijn artistieke praktijk en zijn nog nooit eerder op zo’n grote schaal getoond. Ze helpen niet alleen zijn kunsttheoretische reflecties op kleur te begrijpen, maar ook zijn gedachten over de principes van de kunst en zijn tot nu toe onbekende studie van de oude meesters.

De tentoonstelling geeft een overzicht van zijn ontwikkeling vanaf het begin in Zwitserland tot aan zijn verblijf in Stuttgart, Wenen, Weimar en Herrliberg, en behandelt ook zijn activiteiten in Berlijn, Krefeld en Amsterdam. In combinatie met toonaangevende werken uit zijn geschilderde oeuvre geeft deze opzet een goede indruk van zijn artistieke werkprocessen en wereldbeeld.

 

Surrealisme en Design


Objects of Desire : Surrealism and Design 1924 - Today. Vitra Design Museum, Weil am Rhein. Foto: TES.

Het Surrealisme was een van de meest invloedrijke kunststromingen van de twintigste eeuw, voortgekomen uit de (Franse) literatuur van het einde van de negentiende eeuw met een voorloper in Dada (1916) en als reactie op de Nieuwe Zakelijkheid van bijvoorbeeld Bauhaus. De expositie Objects of Desire: Surrealism and Design 1924 – Today onderzoekt de relatie tussen surrealisme en design en onthult de enorme invloed die de beweging de afgelopen honderd jaar heeft gehad en nog steeds heeft op vormgeving en de kunst. Het heeft kunstenaars aangemoedigd de realiteit ter discussie te stellen en achter de dagelijkse werkelijkheid een andere beleving te zien, het surrealisme. André Breton (1896-1966) en zijn manifest in 1924 verwoordden het Surrealisme voor het eerst gestructureerd. Breton was na 1916 ook betrokken bij Dada. Dit komt tot uitdrukking in het werk van René Magrit (1898-1967): Ceci n’est pas une pipe (1929), maar ook in de (fantasie/droom) wereld van bijvoorbeeld Salvador Dalí (1904-1989). Niets is als het ware wat het lijkt. Het spectrum van voorbeelden varieert van Duchamps ready-mades en Dalí’s sensuele objectsculpturen tot werken van ontwerpers als Carlo Mollino of Gae Aulenti en omvat actuele ontwerpen die nieuwe technologieën of genderrollen analyseren.