Rembrandt’s Orient


Affiche kunstmuseum Bazel. Rembrandt van Rijn (1606-1669), Borstbeeld van een man in Oosterse Kleding, 1635. Rijksmuseum Amsterdam.

De tentoonstelling (Rembrandts Orient. Westöstliche Begegnung in der niederländischen Kunst des 17. Jahrhunderts) onderzoekt hoe Rembrandt van Rijn (1606-1669) en andere schilders uit de Nederlandse Gouden Eeuw in de 17de eeuw reageerden op de gebieden van het Nabije, Midden en Verre Oosten die door handel, reizen en publicaties op de voorgrond kwamen. De tentoonstelling beperkt zich niet tot Rembrandt, maar toont ook werken van zijn collega’s en studenten, publicaties en andere bronnen. Door deze bredere context wordt duidelijk wat Rembrandt toen inspireerde in zijn relatie met de Orient en hoe zijn houding ten opzichte van dit culturele gebied verschilde van die van zijn tijdgenoten.

Licht, ruimte en transparantie


Marguerite Hersberger, Pliagen. Foto: Rappaz Museum Bazel

Marguerite Hersberger (1943) is tekenares, schilder en beeldhouwster. Ze ontwikkelt een sculpturaal werk dat gereduceerd is tot elementaire structuren. Vragen over het verband tussen licht en ruimte en het thema transparantie houden de kunstenaar al sinds het begin van haar werk bezig. Ze vinden hun weerslag in talrijke projecten in binnen- en buitenland. In de tentoonstelling (Räumliche Transparanz) toont ze sculpturen en driedimensionale wandobjecten van transparant acrylglas, een van haar favoriete materialen.

De focus van de presentatie ligt op de groepen “Pliagen” (Vouwen). In deze werken, die uit één vel worden gemaakt, worden ruimtes gecreëerd door transparante lagen verf over elkaar heen aan te brengen. Deze worden door insnijdingen uit elkaar gehaald en zorgen voor nieuwe indrukken van kleur en ruimte. Het gaat haar niet om de illusionistische, maar om de optisch waarneembare ruimte.

 

Raphaël Imer


Raphaël Imer, Illusions II, 1998 © Alle rechten voorbehouden. Le Musée jurassien des Arts

De Zwitserse kunstenaar Raphaël Imer (1976-1998) creëerde een expressief werk dat hij opvatte als een spirituele zoektocht. Hij stierf bijna op zestienjarige leeftijd na een scheur in zijn slokdarm. Deze ervaring en de kwetsbaarheid van het leven gaf hem een nieuw bewustzijn. Hij gaat schilderen. Het is in Vancouver en vervolgens in Montreal dat hij een artistieke opleiding volgt en  zijn stijl ontwikkelt. Het museum brengt deze te vroeg overleden kunstenaar weer onder de aandacht met een overzicht en achtergrond van zijn werk.