De cultuurstad Winterthur toont zich weer in haar volle glorie

Het is geen overdrijving om te zeggen dat Zwitserland een land van musea, kunst en cultuur is. Hoewel de Eidgenossenschaft van kantons geen “Gouden Eeuw” van kunst heeft gekend, liggen haar kwaliteiten op andere gebieden.

Niet alleen de kunstwerken in levensmiddelen (onder andere Maggi, Knorr, Muesli, chocolade, kaas), architectuur, graffiti, textiel, horlogerie, schoenen, keramiek of haarkammen zijn wereldberoemd, maar ook de musea, kunstverzamelaars en kunsthistorische wetenschappers.

Het is geen toeval dat het eerste museum, ook al was de naam toen nog niet bekend, in 1671 in Bazel is gesticht. De combinatie van kosmopolitische kooplieden, fabrikanten en wetenschappers en een wijdverbreid mecenaat vormt de kern van het huidige museum- en kunstaanbod. Dit is ook het geval in Winterthur (kanton Zürich).

Vincent van Gogh,  Le Café de nuit à Arles, 1888. Collectie: Kunst Museum Winterthur, Hahnloser/Jaeggli Stiftung

Op 23 maart jongstleden vierde het Kunst Museum Winterthur de langverwachte terugkeer van de collectie van Hedy Bühler (1873-1952) en Arthur Hahnloser (1870-1936) naar de Villa Flora.

Het verzamelaarsechtpaar uit Winterthur  kocht vanaf 1907 rechtstreeks in de ateliers van kunstenaars, aanvankelijk werken van Giovanni Giacometti, daarna van Ferdinand Hodler en vanaf 1908 van kunstenaars en kunsthandelaren in Parijs en Amsterdam. Ze kochten de Van Goghs op veilingen in Amsterdam.

De kunstenaars van de Parijse avant-garde reisden ook regelmatig naar Winterthur en bezochten de Villa Flora, het huis van het echtpaar.

De Hahnloser/Jaeggli Stichting (Stiftung) is in 1980 opgericht en omvat ongeveer 400 werken. Na tien jaar renovatie van Villa Flora zijn de meesterwerken weer ’thuis’ in de villa.

De tentoonstelling Bienvenue! presenteert de opkomst van het Franse Modernisme met werken uit de Hahnloser Collectie en enkele bruiklenen: van impressionisme en post-impressionisme tot vertegenwoordigers van de Nabi-groep kunstenaars en de zogenaamde Fauves.

Edouard Manet, Amazone, 1882. Collectie: Kunst Museum Winterthur, Hahnloser/Jaeggli Stiftung

Naast Vincent van Gogh en Paul Cézanne worden werken gepresenteerd van Henri de Toulouse-Lautrec, Claude Monet, Camille Pissarro, Édouard Manet en Auguste Renoir en groepen werken van hun Parijse kunstenaarsvrienden rond Pierre Bonnard, Félix Vallotton, Odilon Redon en Henri Matisse. Met werken van Auguste Rodin en Aristide Maillol is ook de beeldhouwkunst met een aanzienlijke selectie vertegenwoordigd.

De avant-garde van de Fin du Siècle ( de periode rond 1900) passeert aan de hand van deze collectie de revue.

De Kunststadt Winterthur (naast het Kunst Museum Winterthur, met name de Oskar Reinhart collectie “am Römerholz“) straalt weer in volle glorie!

Blik op een zaal van de tentoonstelling ‘Bienvenue!’. Collectie: Kunst Museum Winterthur, Hahnloser/Jaeggli Stiftung

Sissach en zijn (verdwenen) dynastieën en kastelen

Sissach (kanton Basel-Landschaft)  aan de Diegterbach is een dorp met een Keltisch en Romeins verleden. De oudste kerk in Sissach is rond 620 gebouwd, in de periode van de Merovingische overheersing. Deze christelijke Franken waren de opvolgers van de pagane Alemannen.

De Diegterbach

Behalve de kerk zijn er ook graven uit deze tijd gevonden. Na de Merovingers kwamen achtereenvolgens de Karolingers, het Tweede Bourgondische Koninkrijk (888-1032) en het Heilige Roomse Rijk en regionale en lokale heersers.

De huidige hervormde kerk 

Het dorp komt onder de naam Sissaho in 1226 documenten voor. Vanwege de ligging op de verkeerswegen naar de passen van de Schaffmatt en de Unterer Hauenstein was het een belangrijk regionaal centrum.

Om deze reden hadden de dynastieën  van de Eptinger, Homberger, Frohburger, Thiersteiner en Habsburger, alsmede het klooster Schöntal eeuwenlang grondbezit en kastelen in dit gebied, onder andere de (verdwenen) burchten  Burgenrain, Sissacher Fluh en Bischofstein.

Bischofstein is rond 1250 gebouwd door de Eptinger.  De aardbeving van 1356 verwoestte echter dit complex, dat nadien niet meer is bewoond.

De stad Stad Basel verwierf 1456 het gebied van de Farnsburger, waaronder Sissach. Sissach volgde Bazel in 1529 in de Reformatie.

Een van de bezienswaardigheden van Sissach is het slot Ebenrain. Dit laat-barokke slot is 1775 gebouwd in opdracht van de zijdenfabrikant Martin Bachofen-Heitz (1727-1814)  uit Bazel. De architect was Niklaus Sprüngli (1725-1802).

Het slot was een zomer- en jachtresidentie met een prachtige barokke tuin, later omgevormd tot een Engelse tuin aan de noordkant, en een Lindenallee aan de zuidkant.

Jakob Probst (1880-1954), Schwörender, Schloss Ebenrain

Het Kanton Basel-Landschaft verwierf het Schloss Ebenrain in 1951 en gebruikt het voor representatieve gelegenheden en verhuur.

(Bron en verdere informatie: Gemeinde Sissach; Historisches Lexikon der Schweiz, Sissach)

Impressies van Sissach