Engelsen en ballonvaart in Château-d’Oex

Vanaf het einde van de 19e eeuw werd Château-d’Oex  (kanton Vaud) steeds populairder bij Engelse toeristen. De meesten kwamen over de Col de Jaman uit Montreux, of met een koets uit Bulle.

De infrastructuur verbeterde snel en hotels, herbergen en pensioenen openden hun deuren. Een aantal hotels bestaat nog steeds.

Deze zijn tweehonderd jaar oud, bijvoorbeeld het Hôtel de l’ours, l’Hôtel de Ville, Résidence Rosat en de Clos des Abeilles in Villa d’Oex.

De komst van de Montreux-Oberland Bernois spoorweg in 1904 ontsloot de regio Pays-d’Enhaut nog verder. Het station uit deze tijd is een chalet in Zwitserse stijl, net als de (vakantie) woningen uit deze periode.

De spoorlijn versnelde niet alleen de ontwikkeling en de bouw van meer hotels, maar ook de anglicaanse kerk, gebouwd in 1899, moest worden uitgebreid in 1911, zo populair was de bestemming deze dagen, net voor het uitbreken van de Grote Oorlog.

Het internationale centrum Espace Ballon voor de ballonvaart is ook in deze plaats gevestigd. Het toont de historie en de techniek van deze ruime tweehonderd jaar oude vliegtechniek.

Jaarlijks vindt in de wintermaanden het internationale luchtballon festival plaats.

Het Musée du Pays-d’Enhaut toont een magnifieke verzameling papiersnijwerkkunst vanaf de negentiende eeuw tot heden.

(Bron en nadere informatie: www.chateau-doex.ch).

Het eiland St. Peter

Tot 1868 was het eiland St. Peter een echt eiland, en zelfs het grootste van Zwitserland, voordat het niveau van het meer van Biel (Bielersee) tijdens de eerste correctie van de waterwegen van de Jura tussen 1868 en 1875 met meer dan twee meter werd verlaagd.

Zo ontstond de passage (4,5 km) tussen de stad Erlach en het eiland en het huidige beschermde natuurgebied. Reeds bewoond vanaf de 11e eeuw v.Chr., werden er tot de 5e eeuw v. Chr. drie paaldorpen aan de zuid-, oost- en noordkant van het eiland gebouwd.

Later werd het eiland een religieuze plaats met tempels voor de Romeinen (2-3e eeuw) en vervolgens een begraafplaats voor Merovingische families. De eerste kerk werd gebouwd in deze periode (7-8e eeuw).

In het begin van de 12e eeuw werd het eiland overgenomen door de orde van Cluny en de huidige romaanse basiliek (de drie geplande schepen werden nooit gebouwd) en de kloostergebouwen stammen uit deze tijd.

Het klooster was opgedragen aan de apostelen Petrus en Paulus en gaf zijn naam aan het eiland Sint Peter. Na de reformatie werd het eiland in 1530 aan Bern overgedragen.

Pas in 1765, na de ballingschap van Jean-Jacques Rousseau op het eiland, kreeg het eiland Europese betekenis. Het eiland werd een populaire bestemming voor keizers, koningen, aristocraten, staatslieden, kunstenaars en schrijvers.

Goethe, Cook, keizerin Josephine Bonaparte en de koningen van Pruisen, Zweden en Beieren behoren tot bezoekers.

Tegenwoordig is het eiland een beschermd natuurgebied, een openluchtmuseum en een monument met haar Romaanse gebouwen (bron: Archeologische Dienst van het kanton Bern).

Grotten in Zwitserland

Zwitserland telt meer dan 40 bergen van 4 000 + meter hoogte, de helft van de 4 000 + pieken van de Alpen. Veel minder bekend is echter de fascinerende wereld ondergronds.

Er zijn meerdere ondergrondse locaties die openstaan voor het publiek, hieronder komen er twaalf aan de orde. De meeste bevinden zich in het westen van het land, in de kantons Jura, Waadt, Wallis, en drie in Schwyz, Zug en St. Gallen. De meeste van hen geven ook informatie in het Engels.

De grotten zijn soms tegelijkertijd musea, waaronder ondergrondse molens, een prehistorisch park, het museum voor speleologie, en de zout-, mijn- en asfaltindustrie.

De Grotten van Réclère, in de buurt van Porrentruy (kanton Jura) laten zien wat de natuur in de loop van duizenden jaren heeft gecreëerd, onder andere kilometers lange stalagmieten en stalactieten. Het Prehistorisch-Park is een 2 km lang pad, dat de evolutie van het leven van de eerste soort diersoorten (vissen), dinosauriërs tot de relatief recente zoogdieren laat zien (Verdere informatie: www.prehisto.ch).

De ondergrondse molens van Col-des-Roches au Locle in kanton Neuchâtel presenteren unieke ondergrondse watermolens (Verdere informatie: www.lesmoulins.ch).

De asfaltmijnen van La Presta in Travers, kanton Neuchâtel, vertellen het verhaal van bijna 300 jaar (1712-1986) mijnbouw van natuurlijk asfalt. De totale lengte van de grotten bedraagt meer dan 100 km. In het restaurant kan men genieten van ham gekookt in heet asfalt. Meer informatie: (Verdere informatie: www.mines-asphalte.ch).

In de Grotten van Vallorbe stroomt de ondergrondse rivier de Orbe. De rivier verlaat de meren Joux en Brenet, in kanton Waadt, en gaat dan ondergronds, op een hoogte van 1 000 m, en komt 200 meter verder weer tevoorschijn (Verdere informatie: www.grottesdevallorbe.ch).

Net boven St-Maurice, kanton Wallis, domineert de Feeëngrot (Grotte aux Fées), in de Rhônevallei. Na een pad van een kilometer is een klein ondergronds meer dat gevoed wordt door een indrukwekkende waterval. (Verdere informatie: www.grotteauxfees.ch).

Het ondergrondse meer St. Léonard ligt langs de Rhônevallei, tussen Sion en Sierre in Wallis. Met een lengte van ongeveer 300 meter is dit het grootste natuurlijke ondergrondse meer van Europa dat per boot verkend kan worden. (Verdere informatie: www.lac-souterrain.com).

Het Speleologiemuseum, in Chamoson, in Wallis, presenteert alle facetten van de moderne speleologie en de geheimen van het zevende (ondergrondse) continent. (Verdere informatie: www.museespeleo.ch).

De La Lée berg boven Zinal (Wallis) is een kopermijn die toegankelijk is voor het publiek. Op een hoogte van 1937 m, toont de mijn 500 meter aan door menselijke activiteiten uitgeholde galerijen. (Verdere informatie: www.valdanniviers.ch).

De Bex zoutmijnen in kanton Waadt zijn een groot ondergronds labyrint, waarvan enkele kilometers toegankelijk zijn voor bezoekers. Het pad toont de meest spectaculaire en karakteristieke elementen van de verschillende opgravingstechnieken van 1684 tot heden (Verdere informatie: www.seldesalpes.ch).

De Höllgrotten (Hel-Grotten) in de buurt van Baar, kanton Zug, tonen het volledige scala aan vormen en kleuren van rotsen en gesteentes. Kleine meertjes, stalagmieten en stalactieten geven elke grot zijn eigen karakter. (Verdere informatie: www.hoellgrotten.ch).

Met meer dan 200 km lengte geeft Hölloch (Hellegat) in kanton Schwyz een beeld van wat de kracht van het water ondergronds in bijna een half miljoen jaar heeft gecreëerd. (Verdere informatie: www.trekking.ch).

De Kristalgrot (Kristallhöhle Kobelwald) boven het dorp Kobelwald (kanton St. Gallen) toont de prachtige wereld van kristallen en onderaardse stroompjes. (Verdere informatie: www.kristalle.ch).