St. Albanus Kerk Bazel

Het St. Albandal (St. Albantal) ligt aan de Rijn ten oosten van de Münster in Basel en werd al voor Christus en de komst van de Romeinen bewoond door vissers, schippers en handelaren.

De wijk St. Alban heeft nog een waterrad (bij het huidige papiermuseum). De watermolens zijn destijds door de Romeinen geïntroduceerd. Het enige stenen gebouw uit deze periode was een vroegchristelijke kerk, een bouwmethode die ook door de Romeinen was geïntroduceerd.

Deze eerste kerk dateert waarschijnlijk uit de vijfde eeuw, toen Bazel al de residentie van de bisschop was.

Rond 400 wordt Basilia in schriftelijke documenten al genoemd als bisschopsstad en niet meer Augst of Kaiseraugst, het oude Romeinse Augusta Raurica.

Burkhard von Hasenburg (1040-1107), bisschop van Bazel, stichtte in 1083 naast de al bestaande stenen Karolingisch-Romaanse St. Albanskerk het klooster St. Alban en droeg het beheer over aan de machtige abdij van Cluny.

Het Romaanse klooster werd in 1304 in Gotische stijl herbouwd, maar in 1356 (aardbeving) en 1417 (brand) werd het kloostergebouw volledig verwoest. Alleen de kruisgang bleef behouden.

De beeldenstorm (1529) vernietigde vervolgens alle kunstwerken van de kerk en deze werd Protestants. Het duurde tot 1845 voordat het kanton de restauratie van de kerk, zoals die nu nog te bezichtigen is, goedkeurde.

De vier broers Barraud

De vier broers Barraud zijn waarschijnlijk het best bewaarde geheim van Zwitserland. Ze zijn geboren in La Chaux-de-Fonds en artistiek gevormd in het naoorlogse Europa van de jaren 1920.

François (1899-1934), Aimé (1902-1954), Charles (1897-1997) en Aurèle (1903-1969) Vier broers, vier getalenteerde schilders binnen één familie tonen dat er veel meer kwaliteit en variatie is in de moderne Zwitserse kunst dan de Giacometti’s en Ferdinand Hodler.

De Barrauds zijn het waard om ontdekt te worden, in en buiten Zwitserland, omdat hun schilderijen belangrijke vertegenwoordigers zijn van het Europese realisme uit de jaren ’20 en ’30.

Het museum MORE heeft hieraan een tentoonstelling gewijd. (Meer informatie: www.museummore.nl).

Historische Grand Hotels

De grote groei van het toerisme in de tweede helft van de negentiende eeuw leidde in Zwitserland tot de bouw van honderden luxueuze hotels in Graubünden, Berner Oberland, Wallis, rond de meren in de kantons Vaud, Bern, Neuchâtel, Genève, Zürich, de oerkantons en in de steden en dorpen Wengen, Interlaken, Bazel, Zürich, Bern en Luzern.

Wintersport- en zomersport en bad- en kuuroorden waren de belangrijkste aandachtsgebieden van de veelal welgestelde toeristen, van wie een groot deel afkomstig was uit het Verenigd Koninkrijk, maar ook uit Duitsland, Rusland, het Habsburgse Rijk, Nederland, België en de Verenigde Staten.

Vele van deze oude hotels zijn nog in de oude staat englorie te bewonderen, uiteraard met aanpassingen voor de huidige tijd. Een van de oudste Grand Hotels is Les Trois Rois in Bazel, gelegen aan de Rijn heette het vroeger, vanaf 1681, Drei Könige.

Andere hotels zijn opgegaan in grote hotelketens, maar alle stralen nog steeds de ingetogen sfeer en ambiance uit van het fin de siècle, het naderende einde van de beau monde en het oude aristocratische Europa van Tsaren, keizers, koningen en hun entourage.

Na ruim 150 jaar toerisme hebben deze hotels nog niets van hun charme en aantrekkingskracht verloren. (Bron: U. Bauer, J. Frischknecht, Unterwegs zu historischen Hotels der Schweiz, Winterthur, 2013).