De Reformatie, de Grossmünster en de Fraumünster in Zürich

Zürich herdenkt de Reformatie met een scala aan evenementen. De vereniging “500 Jahre Zürcher Reformation”coördineert en ondersteunt een aantal projecten om de Reformatie in perspectief te plaatsen.

De vereniging richt zich op de (internationale) relevantie, de gevolgen en de politieke en sociale invloeden die in Zürich, de (oude) Eidgenossenschaft en (ver) daarbuiten voelbaar zijn.

De reformatie in Zürich was de aanleiding tot het ontstaan van drie kerkgenootschappen: Luthers, gereformeerd en wederdoper. Zürich was ook de plaats van de Evangelische Vrije Kerk.

Hett parochiehuis van Heinrich Bullinger (1504-1575) tegenover de Grossmünster

1519 wordt beschouwd als het begin van de Reformatie in Zürich, het jaar waarin Huldrych Zwingli (1484-1531) als parochiepriester van de Grossmünster aantrad.

Onafhankelijk van Martin Luther vond Zwingli zijn eigen weg naar de fundamentele principes van de Reformatie. Hij richtte zich niet alleen tegen de misstanden in de katholieke kerk, maar veroordeelde ook de praktijk van het inhuren van Zwitserse huurlingen door buitenlandse machten.

Het stadsbestuur organiseerde op 29 januari 1523 een openbare discussie over de leer van Zwingli en het resultaat was dat het stadsbestuur het religieuze gezag van de rooms-katholieke kerk overnam. De Reformatie was een feit.

Bern volgde in 1528, Basel en Schaffhausen in 1529, gevolgd door andere steden. Andere kantons verzetten zich echter. Dit leidde tot gewapende conflicten, de Kappelerkriege in 1529 en 1531 (en de dood van Zwingli) en 1656 en 1712 (de Villmergerkriege).

Zijn opvolger Heinrich Bullinger (1504-1575) heeft de Reformatie met succes geïnstitutionaliseerd, maar de religieuze breuk in de Zwitserse Confederatie duurde eeuwenlang en zou pas in 1848 voorbij zijn, inclusief de Sonderbundskrieg, een laatste gewapend conflict op Zwitsers grondgebied in 1847.

(Bron en verdere informatie: http://www.zh-reformation.ch)

Fraumünster (protestants sinds 1524 1524)

Grossmünster (protestants sinds 1524) 

De Crypte en Karel de Grote

Volgens de legende bouwde keizer Karel de Grote (742-814) op deze plek de eerste kerk in Zürich, gewijd aan de martelaren van Felix en Regula. Standbeeld van Karel de Grote, ca. 1450. 1107, eerste altaarwijding in de crypte door bisschop Gebhard III van Konstanz

Model (l) van het standbeeld gemaakt in 1937 door beeldhouwer Otto Münch (1885-1965) op basis van het origineel. Nieuw model (r) van het beeld met huidige restauraties en reparaties

Belle Époque en Neuchâtel

De historie van Neuchâtel na het jaar 1000 gaat terug op de Graven van Neuchâtel (tot 1395), de Duitse heersers van Hochberg en Freiburg (1395-1504), het Franse huis van Orléans-Longueville (1543-1706), de Koning van Pruisen (1707-1806),  de Franse overheersing (1806-1813), en een Zwitsers kanton in een personele unie met de Koning van Pruisen (1815-1856) en uiteindelijk formele afstand van alle rechten en aanspraken door de Koning van Pruisen in 1856 en daarna was Neuchâtel nog uitsluitend republiek en kanton van de Zwitserse Federatie (de formele naam is République et Canton de Neuchâtel).

De stad en haar economisch achterland met wijnbouw, handel en de horloge industrie hadden een bruisende Belle Époque.

Dit is het onderwerp en thema van rondleidingen die door het bureau voor toerisme worden aangeboden in het Duits, Italiaans, Frans en Engels. Het historische centrum en de boulevard, de architectuur, het (Engels) toerisme, de vele restaurants, casino’s, het sociale leven, de kleding, de horloge industrie en beroemde inwoners en bezoekers staan hierbij in het middelpunt van de aandacht.

(Bron en verdere informatie: (www.neuchateltourisme.ch).

De Vlag van Zwitserland

De vlag van Zwitserland bestaat uit een rode vlag met een wit kruis in het midden. De afmetingen van het kruis werden formeel vastgesteld in 1889, toen de vlag de nationale vlag werd (aangenomen bij grondwet op 12 december 1889).

Het gebruik van deze vlag was daarvoor een militaire aangelegenheid. Het witte kruis werd al sinds de 14de eeuw gebruikt als identificatie van troepen van de Eidgenossenschaft.

Het witte kruis was herkenningsteken voor de strijders ter onderscheiding van hun tegenstanders. Het witte kruis werd meestal aan de banieren van de kantons of op kleding bevestigd. Zo werd het witte kruis het symbool van de confederatie.

Na de Franse invasie van 1798 en de vestiging van de eenheidsstaat de Helvetische Republiek (1798-1803) werd de groen-rood-gele driekleur de nationale vlag.

Deze Republiek bestond maar 5 jaar. In 1803 kregen de (nieuwe) kantons hun zelfstandigheid en Confederatie terug of voor de eerste keer. De driekleur verdween, gelukkig, roemloos in de vergetelheid.

Het witte kruis in het rode veld werd in 1814 heringevoerd als wapen van het confederale leger en in 1889 formeel als nationale vlag erkend.