Bourgondische Koninkrijk, vijfde eeuw. Foto: Wikiwand.com

De Bourgondische Koninkrijken en Zwitserland

De Germaanse stam van Bourgondiërs kwam oorspronkelijk van het Deense eiland Bornholm in de Oostzee. Na diverse omzwervingen in het noorden van Duitsland en Polen stichtte deze stam een koninkrijk in Worms (413-436). De Hunnen versloegen de Bourgondiërs in 436.

De Nibelungen-sage dankt hieraan haar ontstaan. Ze trokken verder richting zuiden om zich aan zuidelijke oevers van het meer van Genève, de Rhônevallei en in de omgeving van de Saône te vestigen.

Ook hier vestigden ze in 443 en nieuw koninkrijk, dat de geschiedenis is ingegaan als het eerste Bourgondische Koninkrijk. Dit koninkrijk bestond tot 534. Het omvatte de regio’s rond Besançon, Genève, het meer van Konstanz (Bodensee), St. Maurice en strekte zich uit tot Avignon in het zuiden.

Het koninkrijk ging in 534 bij gebrek aan erfopvolging op in het Frankische Koninkrijk van de Merovingers en vervolgens de Karolingers.

De naam Bourgondië was echter een begrip geworden in haar honderdjarig bestaan bestaan. De invloed op de loop van de geschiedenis was groot, voor Zwitserland en voor Europa.

In tegenstelling tot andere Germaanse stammen namen de Bourgondiërs de lokale taal en cultuur, het Gallo-Romaans, over. De Alemannen die vanuit Duitsland andere delen van Zwitserland introkken, introduceerden de Germaanse taal en cultuur. De basis voor Franstalig-Zwitserland is in deze periode gelegd, mede omdat de Franken ook tot deze taalgroep hoorden.

Het tweede Koninkrijk van Bourgondië (888-1032) komt in een andere bijdrage aan de orde, maar was nog veel groter. Het reikte van Nice en de Côte- d’Azur (Basse-Bourgogne) tot het westelijk deel van Zwitserland en oost-Frankrijk (Haute-Bourgogne) en het middeleeuwse gebied van het hertogdom Bourgondië en de huidige Franche-Comté.

Het hertogdom en de koninkrijken Bourgondië bestaan al lang niet meer, maar zijn opgegaan in Frankrijk, Duitsland en Zwitserland. De basis voor hun ontwikkeling is gelegd in de laatste fase van het Romeinse Rijk, waarna de middeleeuwen de aanzet vormden voor de opkomst en neergang en continuïteit in de huidige landen.

Bourgondië is echter altijd een begrip gebleven. Het is de ironie van historie dat uitgerekend de Zwitserse van de Confederatie (Eidgenossenschaft) de komst van het derde Koninkrijk Bourgondië in 1474-1477 hebben verhinderd. Dat was immers de ambitie van de (laatste) Hertog Karel de Stoute (1433-1477).

Hij kwam dicht bij zijn doel en het zieltogende Franse Koninkrijk had geschiedenis kunnen zijn. De Eidgenossen versloegen in drie veldslagen (bij Grandson, Morat en Nancy) niet alleen het oppermachtige Bourgondische leger, maar maakten ook een eind aan het leven van de laatste hertog en diens ambities.

Maar wat hebben de twee Bourgondische Koninkrijken inhoud, kleur en fleur gegeven aan Europa en Zwitserland. Payerne, St. Maurice of bijvoorbeeld Neuchâtel zijn maar enkele van de vele cultuurhistorische erfgenamen in Zwitserland.