Die Römerstrasse Neckar-Alb-Aare. Foto: www.roemerstrasse.net

Romeinse weg Neckar-Alb-Aare

Op de bekende Peutinger kaart, een middeleeuwse kopie van een oude Romeinse wegenkaart, is ook de Romeinse weg (Via Romana) afgebeeld, waarvan het verloop wordt gevolgd door de toeristische route (met diverse Romeinse musea) van de Romeinse weg Neckar-Alb-Aare:

Vanuit het legioenskamp Vindonissa (Windisch) in Zwitserland loopt de weg via Tenedo (Zurzach, Hochrhein) en Iuliomago (Schleitheim, kanton Schaffhausen) naar Brigobanne (Hüfingen).

Van daaruit gaat het verder via Arae Flaviae (Rottweil, de oudste stad van Baden-Württemberg) via Sumelocenna (Rottenburg) naar Grinario (Köngen) in Baden-Württemberg.

Een goed ontwikkeld wegennet was een eerste vereiste voor de organisatie, administratie en bevoorrading van het Romeinse Rijk.

De opdracht om een weg aan te leggen was een initiatief van de staat. De uitvoering was in handen van Romeinse soldaten en ingenieurs.

Om deze wegen zo comfortabel mogelijk te maken, werd het terrein vaak geëgaliseerd en rechtgetrokken.

Soms werden bruggen gebouwd over valleien, zogenaamde viaducten. Dit zijn prachtige staaltjes van ingenieurskunst. Als er geen brug beschikbaar was, leidde de weg door een doorwaadbare plaats of werd er een veerdienst ingesteld.

De weg bestond uit een stevige fundering van grotere stenen. Lagen fijner grind werden er bovenop gelegd. Bij belangrijke wegen was er plaveisel van grote, onregelmatige stenen platen.

De wegen waren licht gebogen, zoals nu nog het geval is, om het regenwater af te voeren naar de greppels aan weerszijden.

Zogenaamde mijlpalen werden op regelmatige afstanden langs de wegen geplaatst. Daarop stonden inscripties met afstanden tot de dichtstbijzijnde nederzettingen en informatie over de bouwer van de weg.

(Bron en verdere informatie: www.roemerstrasse.net).