Rodersdorf, geschlossenes Zollhaus. Foto: TES.

Grensvorming in Rodersdorf en Biederthal

De Romeinen lieten hun sporen na in het hele gebied van het latere dorp, grotere gebouwen; beschilderde pleister fragmenten en resten van een vloerverwarmingssysteem, de fundamenten van een kleine tempel en de resten van een smederij en een watermolen.

In de derde eeuw begon de Romeinse overheersing af te brokkelen. In 1197 werden de broers Hugo en Conrad von Ratolsdorf voor het eerst in een oorkonde vermeld. De heren van Ratolsdorf waren in dienst van de graven van Pfirt en, na hun uitsterven in 1324, van hun opvolgers, de Habsburgers. In hun dienst waren zij een tijdlang landgraven in de Elzas.

Behalve de Ratolsdorfers speelden ook de Von Biederthan (tegenwoordig het nabijgelegen dorp in de Elzass) een rol. De verwantschap van de twee families wordt aangetoond door het gemeenschappelijke wapenschild.

De omstandigheden veranderden echter in de loop der tijd. De opkomst van de welgestelde burgerij in de steden, de toenemende geldeconomie en de opmars van de Eidgenossen dreef de adel steeds verder in het nauw.

In 1499 was Rodersdorf een doelwit van de keizerlijke troepen in de Swabische oorlog (Swabenkrieg). Na de nederlaag van de Habsburgers  verwierf Solothurn de heerschappij van Rodersdorf.

Biederthal werd echter Frans na de Dertigjarige Oorlog en is dat sindsdien gebleven, hoewel tot die tijd het ,,Wir wöllent Schwyzer werden!” had geklonken in de Elzas (en delen van het Zwarte Woud in het huidige Baden Württemberg).

In het tumult van de Reformatie gedroeg Solothurn zich op een voor die tijd verbazingwekkend democratische manier, zoals bijvoorbeeld ook Glarus, de Appenzeller en Zurich lieten zien. Het kanton benoemde aanvankelijk, afhankelijk van de meerderheid, een priester of een predikant. Rond 1530 ontstond uit de beroering echter het katholieke kanton Solothurn.

En zo is het nog steeds. Deze grens tussen Frankrijk en Zwitserland ligt ook vast sinds 1648 (met uitzondering van enkele tussenpozen van Duitse overheersing in 1871-1918 en 1940-1944).

Het Oberrheinalemannisch was de spreektaal in beide dorpen Rodersdorf en Biederthal tot Napoleon, die het Frans in het onderwijs verplicht stelde.

Na de Eerste en definitief na de Tweede Wereldoorlog scheidt niet alleen een fysieke grens beide dorpen, maar in toenemende mate ook een taalgrens, al zijn de douaneposten (formeel) opgeheven.

(Bron: www.rodersdorf.ch)