Pfeffingen, Grellingen, Basel, het Karstlehrpfad en een gedicht
7 november 2022
Heinrich II (978-1014), Koning van het Oost-Frankische en keizer van het Heilige Roomse Rijk (1014-1024) was op 11 oktober 1019 aanwezig bij de inwijding van de kathedraal, de Münster in Bazel.
Das Basler Münster, Kunigunde von Luxemburg en Heinich II.
De Münster, de Romaanse Galluspoort (1019) zoals Heinrich II hem zag. De poort bleef intact in 1356.
Volgens de kroniek van de domheer Nicolaus Gerung waren de aartsbisschop van Trier, de bisschoppen van Lausanne, Genève, Konstanz, Straatsburg en de gastheer de bisschop van Bazel Adalbero II ook aanwezig.
Bazel, Genève en Lausanne maakten toen deel uit van het Bourgondische Koninkrijk (888-1032). Konstanz, Straatsburg en Trier hoorden bij het Oost-Frankische Koninkrijk en het Heilige Roomse Rijk.
De keizer schonk prachtige voorwerpen, waarvan alleen het gouden altaar, het zogenaamde Basler Antependium, en een reliekenkruis, het zogenaamde Henrichkreuz, bewaard zijn gebleven. Deze waren 2019 in een tentoonstelling in het Kunstmuseum Basel te zien.
Het Bisdom Bazel strekte zich in beide koninkrijken uit en vervulde een brugfunctie, zoals ze dat tegenwoordig nog steeds doet (bijvoorbeeld door de organisaties Regio Basiliensis en Regio TriRhena).
De (laatste) Bourgondische Koning Rudolf III (977-1032) en keizer Heinrich II waren met het oog op hun zielenheil royaal met geschenken voor de bisschop van Bazel. Rudolf schonk in 999 bijvoorbeeld de abdij van Moutier-Grandval, Heinrich II financierde de kathedraal en schonk landgoederen in de Elzas en Breisgau en in 1010 de burcht van Pfeffingen.
De Münster en de burcht van Pfeffingen hebben nog meer gemeen. Beide zijn ze in de aardbeving van 1356 verwoest en daarna weer opgebouwd. De Münster staat er echter nog in volle glorie bij. De burcht is sinds de achttiende eeuw na veel lotgevallen een ruïne, maar wel een opvallende, goed gedocumenteerde en zelfs deels gerenoveerde ruïne.
De kantons Solothurn (Dornach en het Goetheanum), Basel-Stadt, Basel-Landschaft (met Arlesheim en Dom), Elzas en Baden-Württemberg
De burcht Pfeffingen en Duggingen
Van Elzas en Baden-Württemberg tot Duggingen vanaf de burcht Pfeffingen
Hoog toornt ze boven Pfeffingen en het dorp Duggingen en zijn burcht Angenstein uit. Ze kijkt over het Birsdal (en zijn negen katholieke gemeenten Aesch, Allschweiler, Schönbuch, Oberweiler, Terweiler, Ettingen, Pfeffingen, Reinach en Arlesheim en zijn Dom), de kantons Solothurn (Dornach en het Goetheanum), Basel-Stadt, Basel-Landschaft, Elzas en Baden-Württemberg, kortom, deels het gebied van het oude bisdom Bazel (tot 1792).
De dichteres Alice Meyer-Haberthür (1908-1988) schreef over het uitzichtspunt de Eggflueh (471 m.) in haar gedicht My liebi Eggflueh onder andere:
Ob em schöne Pffäfiger-Dörfli
stoht die stolzi Eggflueh;
fascht jede sunntignohmittag
zieht’s my eifach dört ufe zue.
Wenn i uf dr Höchi stand,
chasch ringsum luege und dängge,
vo Oschte här grüesst dy
dr wytbekannt Guugelhupf – dr Gämpe.
Liebi – im Birsegg hinterschti – Flueh
mit gfeerhrlig zaggige Felse,
vo Dim Plateau us sehsch Matte
und Dotzetwies Hüüser – gang, zell se!
De historie van Pfeffingen leest als een geschiedenisboek van de regio Bazel. De Kelten, de Romeinen, de Alemannen, de Franken en Bourgondiërs, het heilige Roomse Rijk, de Graven van Thierstein, het bisdom en de stad Bazel, de inval van de Franse Armagnaken in 1444, de reformatie in 1528, de herinvoering van het katholicisme, de Franse invasie van 1792 en de inlijving in de Raurakische Republiek (1792-1793), in het departement Mont-Terrible (1793-1800) en vervolgens in het departement Haut-Rhin (1800-1813). Bij het Congres van Wenen (1814-1815) is Pfeffingen toegewezen aan het kanton Basel (1815-1833). Sinds 1833 hoort het dorp bij kanton Basel-Landschaft.
De menselijke historie van de omgeving gaat echter nog veel verder terug, en wel tot de prehistorie. De nabijgelegen grotten in de bergen van de Jura waren 5 000 v. Chr. al bewoond.
Het Karstlehrpfad Kaltbunnental-Brischallmet is gewijd aan deze grotten, de eerste bewoners, de samenstelling van de gesteenten en de flora en fauna van de Jura. Het toont het samenspel van de natuur in de loop van miljoenen jaren. Het ontstaan van grotten en kloven is bijvoorbeeld een proces van miljoenen jaren met als hoofdrolspelers water, erosie, ijs en het soort (kalk)steen. Het pad is uitvoering gedocumenteerd met informatieborden.
Fehren
Grellingen en de Birs
De route van het Karstlehrpfad van Fehren (Solothurn) tot Grellingen (Kanton Basel-Landschaft) is een Jurassic Park beleving en ‘ze’ hebben er inderdaad rondgelopen.
Grellingen was in beide wereldoorlogen een strategisch belangrijke plaats vanwege de bruggen en spoorwegovergang over de Birs. De militairen uit de diverse kantons hebben hun visitekaartje achtergelaten op de (kalk) rotsen. Ze hadden daar de tijd voor, want geschoten is er niet. Het geeft wel een indruk van de verbondenheid met de kantons.
De Zwitserse Alpen Club
De Zwitserse Alpen Club (Schweizer Alpen Club, SAC/Club Alpin Suisse, CAS) organiseert regelmatig wandeltochten in deze omgeving en elders in het land.
Hoewel de naam anders doet vermoeden, organiseert de SAC niet alleen skitochten, bergbeklimmingen en andere sporten in het hooggebergte en de Alpen, maar ook (wandel) activiteiten in andere regio’s.
Een keer per jaar organiseert de afdeling Basel-Stadt van de SAC een jaarfeest. Dit jaar vond deze plaats op de Schlosshof in Pfeffingen. Ook dit jaar werden ereleden (van 25 jaar tot 73 jaar (!) lidmaatschap) weer in het zonnetje gezet.
(Meer informatie: www.sac-cas.ch).